Stelling

4 oktober 2018 - Durgerdam, Nederland

Water. Het is de grootste vriend en vijand van Nederland. In de loop van de eeuwen hebben onverwachte en niet te stuiten overstromingen tienduizenden levens geëist. Het is niet vreemd dat we al snel door hadden dat water ook als verdedigingswapen kan worden gebruikt tegen binnenvallende vijanden. Als je het maar weet te temmen en te reguleren. Dan zet je zodra de vijand nadert je omringende land gewoon blank. Dat zal de opmars wel stuiten. Aan vijanden was geen gebrek in voorgaande eeuwen. Eerst waren het waterburchten zoals het Muiderslot. Later werden hele steden verdedigd door het omliggende landschap via een systeem van sluizen en dijken onder te laten lopen. Inundatie heet dat. Neem ’s-Hertogenbosch. Pas na een langdurig beleg kon de stad in 1629 veroverd worden. Als een draak lag het in het omliggend ondergelopen land. Om de Moerasdraak te temmen moest meer dan 40 kilometer dijk rond de stad aangelegd worden. Tientallen watermolens werden gebouwd om de boel droog te pompen. Het was een reusachtig waterbouwkundig werk voor die tijd.
Nog indrukwekkender zijn de latere waterlinies. Een rij of ring van vestingwerken met daartussen gebieden die onder water konden worden gezet. Nederland had een aantal van die linies: De Hollandse waterlinie, de Grebbelinie, de IJssellinie en het Zuiderfrontier of Zuiderwaterlinie. Je zet het water precies zo hoog dat het moeilijk te doorwaden is, maar je er ook niet overeen kunt varen. Een aantal linies is zo uniek dat ze tot werelderfgoed zijn verklaard. Naast de nieuwe Hollandse waterlinie heeft de Stelling van Amsterdam die eer.

IMG-2496IMG-2472

De Stelling, die zoals het woord zegt bedoeld was om de hoofdstad te verdedigen, werd vanaf het einde van de negentiende eeuw aangelegd. Een ring van 135 kilometer om de stad met 45 forten. Binnen de ring de stad Amsterdam, landbouwgebieden, grondwaterreservoirs, voorraden graan en steenkool. En later de vliegvelden Schiphol en Schellingwoude. Nee, dachten de Duitsers in 1914,  laten we Nederland maar niet binnenvallen. Die linies gaan ons te veel gedoe opleveren. En daarmee heeft de Stelling ons een belangrijke dienst bewezen.

Aan het Zuiderzeefront, het oostelijk deel van de stelling, lag op een klein eiland de kustbatterij bij Durgerdam. Niet groter dan twee voetbalvelden. Tegenwoordig kennen we het als Vuurtoreneiland. Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de stelling geleidelijk een ander functie. Voor de recreant. Uniek cultuurhistorisch erfgoed in een waterrijk, open landschap is zo behouden gebleven.

IMG-2459IMG-2463

Het historische IJveer XIII uit 1927 vertrekt stipt om half 7 ‘s avonds van de kade tegenover het Lloyds hotel aan de Oostelijke Handelskade. Het oude schip brengt haar passagiers naar het knusse winterrestaurant in de oude kazerne op het eiland. Op weg naar de Oranjesluizen komen het aperitief en de eerste hapjes op tafel. Na een uurtje gaan we van boord. We staan op Vuurtoreneiland. Het kleine eiland werd in 1699 voor het eerst genoemd in stukken van de Staten van Noord-Holland en West Friesland toe ’op het Ye-oort een lantaarn wierde opgeregt’. Een belangrijke verbetering om navigerende schepen op de Zuiderzee de weg naar Amsterdam te wijzen. Het tegenwoordige exemplaar, een gietijzeren toren uit 1893, is het eerste object dat je op het eilandje ziet. Het is omringd door bouwmaterialen en steigers. In 2016 werd het licht van de toren definitief gedoofd. Zodra de restauratie van de toren af is  hoopt men weer een lampje aan te mogen steken. Voor de sfeer. Dan heeft Amsterdam zijn enige vuurtoren terug.

IMG-2456IMG-2451

Na een korte wandeling langs de munitiebunkers en de grazende schapen dalen we af naar de bomvrije kazerne die nu sfeervol is ingericht als Winterrestaurant. Ooit waren hier 90 manschapen gelegerd. De volgestouwde wijnkelder belooft veel goeds. De rest van de avond is het genieten van een heerlijk vijf gangen diner uit de volledig op hout gestookte keuken. Subliem. Uitbaters Sander Overeinder en Brian Boswijk hebben in 2012 de prijsvraag gewonnen die Staatsbosbeheer, de eigenaar van het eiland, uitschreef. Ze waren een van de 300 gegadigden die het eiland weer een functie wilden geven. Hun idee, een klein restaurant op het eiland waar je vanuit Amsterdam op food-excursie naar toe kunt was terecht de winnende vondst.

IMG-2469IMG-2470

Een citaat van de website vuurtoreneiland.nl: ‘de avonden op Vuurtoreneiland zijn lang en intiem, uitgebreid eten, staren naar de horizon, tijd om te onthaasten en van de ruimte te genieten, meer een minivakantie dan een avond uit.’ Precies zo is het. Wie wil, neemt een lantaarn en wandelt tussen de gangen door een stukje over het eiland, langs het knappend vuur bij het kazernegebouw de stilte in. In de verte slechts de lichtjes van Amsterdam; haar hectiek voelt heel ver weg. Na de laatste gang worden de gasten teruggeleid naar de oude veerboot. Het is donker en frisjes buiten. Iedereen kruipt benedendeks. De terugtocht is precies zoals je op de website van Vuurtoreneiland leest: ‘knus en meer een varende bruine kroeg’. Geen 90 manschappen, maar 90 gasten die genoten hebben. Er wordt druk gepraat over de minivakantie. Die heeft indruk gemaakt. Ondertussen varen we weg van die unieke Stelling van Amsterdam, terug naar de stad met haar unieke grachtengordel. Een tocht van het ene UNESCO werelderfgoed naar het andere. Wat is het water vandaag mooi.

Foto’s

1 Reactie

  1. Theo Peels:
    5 november 2018
    Bedankt voor je deskundige uitleg over het waterige Holland. We zijn nooit te oud om te leren, denk ik dan.