Model in de polder

9 juni 2019 - Nagele, Nederland

De kern van het vak geografie gaat over de interactie tussen de mens en zijn leefomgeving. En de patronen die je daaruit kunt herleiden. Vaak zijn ze heel letterlijk zichtbaar op aarde.

Drie jaar geleden, na een reis van een paar maanden rond de wereld, schreef ik een laatste blog over mijn fascinatie voor Nederland. “Daar denken we niet alleen in geografische projecties, we hebben ze tot werkelijkheid gemaakt.”

Op de middelbare school gebeurde er iets dat mijn belangstelling voor het vak planologie aanwakkerde; ik maakte kennis met het model van Walter Christaller. Zijn Centrale plaatsentheorie stamt uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Woonkernen die in een uitgemeten geometrisch zeshoekig patroon ten opzichte van elkaar liggen, functioneren beter. Een centrale verzorgingskern in het midden met op regelmatige afstand  daaromheen kleinere woonkernen die op hun beurt omringd worden door nog kleinere buurtschappen enzovoort. Dagelijkse boodschappen in de eigen kern, en de niet-dagelijkse boodschappen in een hoofdkern op een redelijke afstand. Op die manier zouden vraag en aanbod van voorzieningen mooi in evenwicht zijn: goed voor de consument en voor de winkelier.  Christaller was de eerste die nederzettingsgeografie wiskundig benaderde.

25-211Emmeloordgemeente noordoostpolderIMG-5602 (002)

In ons land ontstond een unieke kans de theorie van meneer Christaller in de praktijk te brengen toen in de Tweede Wereldoorlog werd begonnen met het droogleggen van de Noordoostpolder.

De ongestructureerde aanpak van de kolonisatie van de ingepolderde Haarlemmermeer en de Wieringermeer had een hoop armoede en sociale ellende met zich meegebracht. Dat zou nu anders gaan: de nieuwe polder werd ingericht op basis van de laatste wetenschappelijke inzichten.

Emmeloord in het midden, een stuk of tien kleinere plaatsen eromheen. Met wat aanpassingen werd de Centrale plaatsentheorie in praktijk gebracht. Orde, structuur, overzicht, rust. Vooral die rust valt me op. In welke stads- of dorpskern is het op zaterdagnacht werkelijk doodstil? Hier in Marknesse, een van de tien kernen rond Emmeloord,  is het zo. Bert en Jose Wubbels, eigenaren van hotel en snackbar ‘Het Hart van Marknesse’ worden vaker aangesproken op de opvallende stilte hier. “Voor ons is het gewoon, wij zijn er aan gewend”.

Tot de komst van de auto werkte de theorie van Christaller aardig. Daarna had de toegenomen mobiliteit grote  gevolgen.  Steden als Kampen, Lemmer en Zwolle werden  gemakkelijker bereikbaar. Om voorzieningen in de Noordoostpolder op peil te houden moesten die nog meer in de hoofdkern Emmeloord geconcentreerd worden. Ten koste van de kleinere kernen zoals Marknesse, waar het een stuk stiller werd.

Als er één woord symbool staat voor de Noordoostpolder dan is het pionier. Op het marktplein van het dorp Marknesse staat een standbeeld van  een polderwerker met laarzen en opgerolde hemdsmouwen: ‘De Pionier’. En ook de pizzeria aan hetzelfde plein heeft voor die naam gekozen.  Daar is wel iets voor te zeggen vind ik, in het Italiaans is het woord nagenoeg hetzelfde.

IMG-5461 (3)IMG-5471 (3)IMG-5464 (002)IMG-5496 (002)

Pionieren was het inderdaad in de polder. De Directie van de Wieringermeer afdeling Noordoostpolderwerken pakte het groots aan. Duizenden arbeiders werden ingeschakeld bij het graven van greppels en sloten voor de noodzakelijke ontwatering. Later, na de Tweede Wereldoorlog ging dat ontwateren door het aanleggen van drainagebuizen. Daarvan zijn 120 miljoen exemplaren in de grond gelegd, met een totale lengte die de aardbol bijna helemaal kan omspannen.

In het dorp Marknesse vind je nog een rijtje arbeiderswoningen uit die tijd. De wooneenheden bestonden uit een voorkamer en een slaapzaal met stapelbeden voor 12 personen. Bij het kleine busstation van het dorp is een stukje smalspoor bewaard gebleven dat diende om bouwmaterialen en arbeiders aan te voeren.

En zo ontstond een nieuw stukje Nederland. In atlassen uit die tijd is de enorme landaanwinning prominent ingetekend. ‘N.O. polder, 48.000 ha, -5.70’ (meter onder NAP). Ik vraag me af of dit een van de gebieden zal zijn die we op termijn terug gaan geven aan de zee.

IMG-5523 (002)IMG-5497 (002)de grens met het oude land

Die gedachte zal de pionierende landbouwers niet aanspreken. Zorgvuldig werden zij geselecteerd om misschien de allerbelangrijkste maatschappelijke taak na de oorlog op zich te nemen: de voedselvoorziening van de groeiende Nederlandse bevolking veilig stellen. Nauwgezet werden kavels uitgemeten en boerderijen geplaatst. Dat viel nog niet mee kort na de oorlog, een periode waarin alle sectoren van de samenleving aanspraak deden op de schaarse hulpbronnen. Industriële bouw bracht uitkomst. De NV Schokbeton mocht aan de slag om van grote geprefabriceerde betonnen elementen schuren te leveren. Lage kosten en hoge productie, precies wat de regering wilde. Overal in de Noordoostpolder zie je ze nog: schokbetonnen schuren.

IMG-5511 (002)IMG-5617 (002)

De meeste woningen in de polder  werden gebouwd in de tradionele architectuur van de Delftse School: rode baksteen en oranjerode dakpannen. In Nagele, een van de laatste dorpen die werd ontworpen ging dat anders. De wederopbouwtijd was al een eind gevorderd, de verzorgingsstaat begon haar intrede te doen. Nagele werd ontworpen naar de ideeën van het Nieuwe bouwen: doelmatigheid en functionaliteit stonden voorop. Grote namen onder architecten als Gerrit Rietveld en Waldo van Eyck gingen los op het dorp. Samen met een aantal anderen vormden zij een architectengroep onder de naam ‘de 8’. Heel het dorp Nagele is daar een schoolvoorbeeld van: platte daken, rechthoekige vlakken. Je moet zeker een kijkje nemen in het kleine museum in het dorp: een prachtige collectie aan plattegronden en beeldmateriaal over het Nieuwe bouwen van Nagele. Of kijk uit het raam als je vanuit Scandinavië over de Noordoostpolder Schiphol nadert: de plattegrond van Nagele als een lange rechthoek in de blokkenverkaveling van het omliggende land is onmiskenbaar.

Nagele

IMG-5659 (002)IMG-5633 (002)IMG-5644 (002)

Hier bereikte het gedachtengoed van de maakbare samenleving een hoogtepunt. Een nieuw dorp in een nieuw stuk land. Niet alleen ruimtelijk ontworpen naar opvattingen over hoe mensen moesten wonen en leven: een heel proces van ‘social engenering’ zorgde ervoor dat exact werd uitgerekend en bepaald wie hier kwam wonen, wat voor voorzieningen ze nodig hadden en hoe ze die zouden gebruiken.

De architecten wilden Nagele een tijdloos ontwerp meegeven, dat ook voor volgende generaties zou blijken te voldoen.

IMG-5657 (002)IMG-5636 (002)IMG-5654 (002)IMG-5600 (002)

Ruim 50 jaar later is de samenleving ingrijpend veranderd. Veel mensen zijn weggetrokken en winkels staan leeg. Toch, het grondplan van het dorp heeft iets aantrekkelijks. Nagele is volledig met bos omzoomd, wat een intieme setting geeft. Het centrale deel van het dorp is ruim opgezet met veel groen. Ook de woonbuurten zijn ruim van opzet. Ze hebben elk een eigen groen binnenplein. De  uitgekiende verkeersstructuur houdt het doorgaande verkeer buiten het dorp. Allemaal elementen die een woonomgeving aantrekkelijk maken.

We weten nu dat de samenleving niet zomaar maakbaar is. Er zijn teveel invloeden die wij niet kunnen voorspellen. Veel van de modelmatige gedachten achter de ontwikkeling van de Noordoostpolder zijn achterhaald. Maar we kunnen de samenleving wel mooier maken. Met die gedachte kunnen de ontwerpers van nu kijken hoe ze voort kunnen bouwen op de polderidealen van toen. Ik vind de uitgangssituatie in deze polder niet slecht: ruimte, rust en groen op redelijke afstand van het hectische deel van Nederland.  Daar kunnen we in de toekomst wel wat mee.

Foto’s