Multimodaal eiland

16 januari 2017 - Saba, Nederlandse Antillen

Een jaar of vijf geleden vloog ik op tien kilometer hoogte langs het eiland Saba. Ik maakte, zoals ik wel vaker doe, een paar foto's uit het vliegtuigraam. Op het eerste oog niet meer dan een vulkaan gehuld in wolken. Wie goed kijkt ziet op de foto's wat stipjes die op bebouwing wijzen. Vlak voor ik aan deze reis naar de bovenwindse eilanden begon keek ik nog eens naar de luchtfoto's van het kleine eiland. Toen pas zag ik het detail waarvan ik wist dat het bestond. Een vliegveld.

Saba uit de lucht

Saba is net als Bonaire en Sint Eustatius een bijzondere gemeente van Nederland. En bijzonder klein: de helft van het oppervlak van Schiermonnikoog en 2000 inwoners. Rond 1640 stuurde de West-Indische Compagnie een aantal families naar Saba vanaf het buureiland St Eustatius. Nog steeds wonen op Saba mensen met Zeeuwse roots, net als eilanders mensen met Ierse, Schotse en Afrikaanse voorouders.

Een geisoleerde vulkaan midden in de Caribische zee: moeilijk bereikbaar en lastig begaanbaar. Alleen per sloep vanaf zee, om over glibberige treden en modderige paden het eiland op te klimmen. Pas in de twintigste eeuw kwam hier verandering in. Afgedwongen op heroische wijze. Het verhaal van Saba is vooral een verhaal over infrastructuur. 

Op youtube vind je een prachtige aflevering van het polygoonjouraal: het koninklijk bezoek van Juliana aan de Antillen. Het is 1955. Per sloep komt het gezelschap door de golven aan op Saba. Een alternatief is er niet. 

boot naar SabaFort BayHarbor

Het bootje dat ik vandaag heb vaart in anderhalf uur van Sint Maarten naar het kleine eiland. Op de reizigerswegsite Tripadvisor lees ik een review van deze overtocht: "the worst 150 minutes of my life". Zo is het vandaag niet, maar de plastic zakjes tegen zeeziekte hangen er niet voor niets. De zee is onrustig, we deinen alle kanten op. Eenmaal op Saba aangekomen hobbelen we rustig het haventje van Fort Bay binnen.

Wie Saba voor 1970 per boot had bereikt, wat alleen bij kalme zee mogelijk was, stond nog een hele toer te wachten. Het eiland op via The Ladder: een pad naar boven in de vorm van een trap van 800 treden. Alle goederen moesten naar boven gedragen worden. En sommige mensen. Zoals Koningin Wilhelmina, die bij haar staatsbezoek aan het eiland in een draagstoel naar boven werd gebracht. Net zoals de Nederlandse antropoloog de Josseling de Jong, die in de jaren twintig van de vorige eeuw archeologisch onderzoek op het eiand deed. Zijn regelmatige gang in draagstoel de 800 treden op was bijna een euuw later nog 'talk of the town'. Ook in Nederland werd over de bereikbaarheid van onze kleine kolonie gesproken. "bestaat er geen ander middel om het landen van personen en goederen aan de Ladderbaai minder lastig en gevaarvol te maken?" lees ik in het verslag over de bespreking van de ontwerp-begroting 1917 voor Curacao en Suriname. Pas in de jaren zeventig werd aan de andere kant van het eiland eindelijk een haventje gebouwd met echte pieren om aan te meren: Fort Bay harbor. Er is geen sloep meer nodig om aan land te komen. 

The RoadJoseph Hassel

Wat het eiland lang ontbeerde was een weg, zodat mensen en goederen fatsoenlijk vervoerd konden worden. Tot in de jaren veertig was er niet meer dan een stijl bergpad. Vervoer ging per ezel. Nederlandse ingenieurs die het eiland hadden bezocht verklaarden het technisch onmogelijk een weg aan te leggen. Sabaan Joseph Hassel geloofde dat niet. Hij volgde een schriftelijke cursus wegenbouw, en bewees met hulp van veel eilandgenoten het tegendeel; in 1943 was het eerste deel van de weg, die The Road wordt genoemd, gereed. Vier jaar later reed het eerste motorvoertuig op het eiland. Eind jaren vijftig was de weg over het eiland helemaal af. Het stukje weg van Hell's Gate naar het tegenwoordige vliegveld is een huzarenstukje: over een afstand van 2,5 kilometer daal je 400 meter af door 20 haarspeldbochten. Joan, onze taxichauffeuse heeft er geen moeite mee, ze kletst volop over het eiland en over haar leven, bocht na bocht.  

Met de opkomst van de luchtvaart kwam er een uitdaging bij: de bereikbaarheid door de lucht. Enige tijd werd de post op het eiland simpelweg uit een vliegtuig geworpen. Later werd het mogelijk het eiland per watervliegtuig te bereiken. Mits de zee kalm genoeg was. Erg btrouwbaar was die dienstregeling dus niet. Het verzoek van piloot en avonturier Remy de Haenen aan de overheid van de Nederlandse antillen om een reguliere postdienst te beginnen werd geweigerd. 

vliegveld SabaVliegveld saba

Ook hier weer het oordeel van Nederlandse ingenieurs: onmogelijk op dit eiland een vliegveld of maar een landingsstrip te bouwen. De inwoners van Saba zagen wel een mogelijkheid op Flat Point, een klein stukje vlak gebied in de noordoosthoek van het eiland. Ze vroegen piloot Remy de Haenen een proeflanding uit te voeren en zo hun gelijk te bewijzen. In 1959 maakte hij een geslaagde landing. Vier later was de startbaan gereed. Kort was hij wel, er was niet meer ruimte dan voor 400 meter. Dat is amper langer dan de baan van een vliegdekschip. Zo verwierf Saba de naam een vliegveld met de kortste startbaan ter wereld te hebben.

Take off Saba

 Piloten van Winair vliegen met kleine Twinotters een paar keer per dag naar het eilandje. Op youtube zijn verschillende filmpjes te zien van de spectaculaire landing op Saba. En van het opstijgen, zoals ik vandaag doe. Binnen vijf minuten na binnenkomst taxien we over de kleine startbaan. De piloot rijdt naar het uiterste puntje van de baan, ook het eind van de rotspunt. Hij geeft vol gas. Als je niet uit het raam kijkt van het kleine vliegtuig merk je nauwelijks dat dit best een spannende rit is. Ik kijk wel en  zie dat de piloot op een goed moment optrekt: de startbaan is op. Beneden me kolkt de zee in een diepe afgrond. Gelukkig is het nog nooit misgegaan. 

Windwardside2Windwardside

Wie Saba eenmaal heeft bereikt wacht een verassing. Een heerlijk eiland. Lieflijke witte huizen met groene luiken voor de ramen. Tropische begroeiing tot de top van de vulkaan Mount Scenery. Mooie uitzichten waar je ook bent. Geen criminaliteit: de gevangenis op het eiland telt drie cellen, maar die staan altijd leeg. Rust. Alleen kleinschalig toerisme. Grote mensenstromen kunnen er niet komen. Het eiland heeft gestreden voor goede infrastructuur. Well done Saba. Je bent bereikbaar genoeg zo. 

I love Sabastopverbod